Hoe wordt de boodschap van centrale banken verpakt?

Elk woord dat Ben Bernanke uitspreekt, wordt uitgebreid geanalyseerd. Hoewel hij misschien niet de intentie heeft in zijn uitspraken een geheime boodschap te verbergen, probeert iedereen deze wel te vinden. Met soms heftige reacties van beleggers als gevolg. Hoe komt dit? En zijn die marktreacties terecht?
Communicatie is voor centrale banken een belangrijk instrument om de verwachtingen van het publiek te beïnvloeden en zo hun monetaire beleid effectiever te maken. Maar door hun strikte aanpak worden alle uitspraken van bankpresidenten als Jean-Claude Trichet en Ben Bernanke op een goudschaaltje gewogen; zeker als deze afwijken van de strikte aanpak, zoals in crisistijden. Analisten pluizen elk woord uit als een cryptogram en versprekingen krijgen extra gewicht, met alle gevolgen van dien.

Liesbeth Noordegraaf-Eelens promoveerde onlangs op dit onderwerp. Zij legt uit waar dit vandaan komt en welke gevolgen dit heeft voor beleggers.

Waarom wordt elk woord van een bankpresident zo uitgespeld?
"De communicatie van centrale banken verloopt heel strikt. Bankpresidenten spreken op gezette tijden en gebruiken veel dezelfde woorden. Die vaste rituelen zorgen voor rust en voorspelbaarheid. Maar ze leiden er ook toe dat alles wat daarbuiten valt, extra beladen wordt. Verschillen vallen direct op. Als Jean-Claude Trichet dezelfde term gebruikt, maar ditmaal als verkleinwoord, worden daar meteen allerlei analyses op losgelaten.

Een mooi voorbeeld is een interview van voormalig ECB-president Wim Duisenberg in het Britse dagblad The Times, tien jaar geleden. Toen hem werd gevraagd of hij een valuta-interventie overwoog, gezien de onrust in het Midden-Oosten, antwoordde Duisenberg: 'I shouldn't think so'. Dat viel direct op, want centrale bankiers spreken zich normaal gesproken niet uit over dit soort interventies. Nu gebeurde dat wel. De euro kelderde hierop en deze slip of the tongue kostte Duisenberg bijna de kop."

Zijn de heftige reacties van beleggers op uitspraken van bankpresidenten overdreven?
"Er wordt soms teveel achter bepaalde woorden gezocht. Bovendien interpreteert iedereen die woorden weer anders. Hierdoor ontstaat een soort Droste-effect: er wordt gespeculeerd op mogelijke speculaties op speculaties, enzovoort. Iedereen gaat op zoek naar die gouden boodschap, terwijl we niet eens weten of het de intentie is van een bankpresident om uitspraken cryptisch te verpakken en er een geheime boodschap in te verbergen."

Bankpresidenten hebben ook andere belangen. Wordt het publiek weleens voorgelogen?
"Dat geloof ik niet. Wel proberen bankpresidenten natuurlijk de economie te stimuleren en te sturen. Voormalig Fed-president Alan Greenspan dacht na de aanslagen op elf september 2001: dit wordt een ramp. Maar dat wilde hij niet publiekelijk vertellen, want hij vreesde dat het een soort self-fulfilling prophecy zou worden. Daarom zei hij: 'Ik denk dat de economie sterk genoeg is om deze klap te boven te komen.' Het is niet altijd in het belang van een bankpresident om te zeggen wat hij denkt."

U heeft in uw onderzoek de nodige kritiek op de communicatie van centrale banken. Wat schort eraan?
"In normale tijden spreken bankpresidenten tot een professioneel publiek dat dezelfde taal spreekt. Maar in tijden van crisis bereiken ze plotseling een veel breder publiek. Voor hen is een bankpresident niet per definitie een autoriteit, want die autoriteit staat juist in een crisisperiode vaak ter discussie. Dit probleem wordt versterkt doordat op crisismomenten ook andere partijen zich in het publieke debat mengen, waardoor de bankpresident met economen en andere deskundigen de strijd om de autoriteit moet aangaan. Met meer spelers in het veld en een lastige boodschap is het voor een bankpresident moeilijk manoeuvreren."

Kan een bankpresident het in zo'n situatie eigenlijk wel goed doen?
"Hij zit in een lastig parket. Twee jaar geleden kreeg Nout Wellink de vraag 'Hoe gaat het met Fortis?' In zo'n vraag ligt veel besloten. Het is een verdachtmaking aan het adres van Fortis, maar ook de autoriteit van de Nederlandsche Bank wordt in twijfel getrokken: is het toezicht wel in orde? Wellink mag in zijn functie niet teveel zeggen, maar ook met zwijgen zendt hij impliciet een boodschap uit. Hij zit in een houdgreep."

Wat moet er veranderen in de communicatie van centrale banken?
"Bankpresidenten moeten ervoor zorgen dat zij ook in rustige tijden krediet opbouwen bij het grote publiek; bijvoorbeeld door een wekelijks televisie-interview. Je hebt immers autoriteit nodig om stabiliteit terug te krijgen.

Tijdens de crisis zagen we ook een paar slimme strategieën. Denk bijvoorbeeld aan televisieoptredens waar Nout Wellink als enige de vragen van een kritische journalist beantwoordde. Zo kon hij zijn boodschap bij het publiek onder de aandacht brengen, zonder dat hij een strijd om de autoriteit hoefde aan te gaan. Ook een live persconferentie kan goed werken: over de hoofden van journalisten heen kun je tegen het publiek praten.

Een mooi voorbeeld van een goede regie was de aankoop van alle Nederlandse onderdelen van Fortis door de staat. Niemand had door dat dit ophanden was. De onderhandelaars konden in relatieve rust met elkaar spreken en het nieuws kwam pas naar buiten toen alles geregeld was."

Bron: Marketminds Robeco