Toestemming echtgenoot wenselijk of verplicht?

Soms is het – met het oog op de goede verstandhouding – verstandig om vooraf toestemming te vragen aan uw echtgenoot voor bepaalde handelingen. Soms is dit niet alleen verstandig, maar zelfs wettelijk verplicht.

De wet kent in artikel 1:88 BW een bijzondere regeling op dit punt ten aanzien van bepaalde rechtshandelingen. De ratio achter het artikel is de bescherming van echtgenoten tegen elkaar, in het belang van het gezin, bij grote financiële risico’s. U moet hierbij bijvoorbeeld denken aan de verkoop van een auto, het aangaan van een hypotheek en het doen van ongebruikelijke giften.

Ook voor bestuurders?
Ook als u bestuurder van een vennootschap bent zult u soms toestemming nodig hebben van uw echtgenoot ten aanzien van de uitoefening van uw beroep of bedrijf. Dit is het geval bij overeenkomsten die ertoe strekken dat u zich, anders dan in de normale uitoefening van uw beroep of bedrijf, als borg of hoofdelijk medeschuldenaar verbindt, u zich voor een derde sterk maakt, of u zich tot zekerstelling voor een schuld van een derde verbindt. De toestemming van uw echtgenoot is echter niet vereist indien u de rechtshandeling verricht als bestuurder van een vennootschap (NV of BV) en u daarvan alleen of met uw medebestuurders de meerderheid van de aandelen houdt en mits de rechtshandeling geschiedt ten behoeve van de “normale uitoefening van het bedrijf “. 

Geen toestemming? En dan? 
Geen toestemming terwijl die wel vereist was? De sanctie op het ontbreken van de toestemming is dat uw echtgenoot (dus niet door u) de rechtshandeling kan vernietigen (artikel 1:89 BW). Dit betekent dat bijvoorbeeld de borgstelling niet heeft plaatsgevonden, waardoor de schuldeiser opeens minder zekerheid heeft. Dit geldt niet indien de schuldeiser te goeder trouw was. Of een derde zich op deze bescherming kan beroepen hangt onder meer af van zijn professionaliteit (bijv. of het een bank is of niet). Overigens kan het ook andersom spelen: de echtgenoot van uw zakenpartner vernietigt een borgstelling ten behoeve van u(w) (bedrijf). Dat is geen aanlokkelijk scenario.

Onderzoeksplicht?
Bij dit alles speelt, als gezegd, ook de vraag of de wederpartij een onderzoeksplicht heeft ten aanzien van de vraag of de echtgenoot van de wederpartij zijn/haar toestemming moet geven. Moet de wederpartij nagaan of de rechtshandeling in de normale bedrijfsuitoefening valt? Het antwoord op die vraag is onzeker en hangt, zoals zo vaak, erg af van de omstandigheden van het geval. 

Conclusie
Toestemming van uw echtgenoot is soms juridisch noodzakelijk – ook als u handelt in de uitoefening van uw beroep of bedrijf. Dit geldt ook voor uw potentiële wederpartij. De gevolgen van het ontbreken van toestemming zijn verstrekkend – de rechtshandeling kan door de “overgeslagen” echtgenoot worden vernietigd met alle (juridische) complicaties van dien. Mocht u over dit onderwerp nader advies willen, aarzel dan niet en neem contact op met mr. J.M.J. Arts, partner bij BASE Advocaten B.V. (zie www.baseadvocaten.nl).