VS is nog ver van schuldencrisis

Onheilsprofeten voorspellen het einde van de onder schulden bedolven Verenigde Staten. Volgens strateeg Léon Cornelissen van Robeco loopt het niet zo’n vaart. De staatsschuld is weliswaar fors, maar pas op middellange termijn wordt het nijpend. Tegen die tijd moet én zal de VS hard ingrijpen.

President Obama’s goede voornemens ten spijt zal de komende jaren naar verwachting weinig gebeuren met de torenhoge Amerikaanse overheidsschuld. Gesteggel van Democraten en Republikeinen over mogelijke bezuinigingen en belastingingrepen leidt tot een politieke impasse. En Obama zal de knoop volgens Léon Cornelissen niet doorhakken. Hij werkt alweer aan zijn herverkiezing en zal de komende twee jaar liever geen impopulaire maatregelen doordrukken.

Dat zal niet onmiddellijk tot problemen leiden, verwacht de strateeg. De Amerikaanse staatsschuld bedraagt volgens de Organisatie voor Economische Samenwerking en Ontwikkeling (OESO) bijna 93 procent van het bruto binnenlands product (bbp). Netto – dus verminderd met de bezittingen – ziet het beeld er wel wat minder dramatisch uit; dan komt de schuld op 72 procent van het bbp. Nog altijd goed voor de hoogste rating door de vooraanstaande ratingbureaus, namelijk Triple A. Al is de VS wel gewaarschuwd dat die rating verlaagd kan worden als maatregelen uitblijven. “Maar ook een land met een Double A-rating valt niet zomaar om”, zegt Cornelissen. Al met al is de VS volgens hem nog heel ver verwijderd van een schuldencrisis.

Aanpak staatsschuld
Maar het kan natuurlijk niet eindeloos zo doorgaan. “Het gaat een keer mis. Maar wanneer, dat is moeilijk te zeggen”, aldus Cornelissen. Op middellange termijn zal de VS niet ontkomen aan het terugschroeven van de schuld. “Als de VS de zaken op zijn beloop laat, trekken de financiële markten op een gegeven moment aan de bel. Dan zal de belangstelling voor de dollar terugvallen, met een hogere lange rente tot gevolg. En die hogere rente moet de Amerikaanse belastingbetaler opbrengen.”

Er is een aantal mogelijkheden om de staatsschuld aan te pakken. Afgezien van de beperking van de overheidsuitgaven en het verhogen van de belastingen, kan ook een hogere inflatie enig soelaas bieden. Als het prijspeil stijgt, worden schulden immers vanzelf minder waard. De centrale bank (de Fed) werkt hier hard aan mee door massaal Amerikaanse staatsobligaties op te kopen. Zo komt er meer geld in omloop, wat de inflatie opstuwt. Toch levert dit volgens Cornelissen geen structurele oplossing op. “Het kan een beetje helpen. Nadeel van de Amerikaanse schuld is echter dat de looptijd gemiddeld vrij kort is. Zodra beleggers merken dat de inflatie oploopt, zullen zij vragen om een hogere rente. Daarmee is het voordeel van de inflatie alweer uitgespeeld.”

Export China
Verder speelt er de disbalans met China. Door een kunstmatig zwak gehouden munt en daarmee goedkope exportproducten, heeft China een aanzienlijk concurrentievoordeel ten opzichte van de VS. Dat heeft de afgelopen jaren geleid tot gigantische dollarreserves, die China in Amerikaanse staatsobligaties heeft gestoken. Zou de VS in staat zijn de export naar China op te voeren, dan zou er meer evenwicht ontstaan. Maar zonder een waardestijging van de yuan gaat dat volgens Cornelissen niet lukken. “Een duurdere munt zou voor de Chinezen ook beter zijn, aangezien zij meer groei willen halen uit binnenlandse consumptie. Met een lagere munt worden buitenlandse producten immers goedkoper. Maar op korte termijn verwacht ik niet dat China zijn succesvolle model durft te veranderen.”

Het zal dus aankomen op bezuinigingen en belastingverhogingen. En die zullen er pas doorheen komen wanneer de Amerikaanse burger de staatsschuld in zijn portemonnee gaat voelen. Voorlopig is het, volgens Cornelissens diagnose, ‘doormodderen’.

Bron: Marketminds Robeco